Nederland veilig houden bij stijging van de zeespiegel
Nederland kan zich technisch gezien beschermen tegen een mogelijke stijging van de zeespiegel tot wel 3 meter. Dit blijkt uit een reeks technische onderzoeken uitgevoerd in het kader van het 'Kennisprogramma Zeespiegelstijging' door het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat en de Deltacommissaris. Hoewel de dreiging van een dergelijke stijging niet direct voor de deur staat, vereist de toenemende infiltratie van zeewater in het binnenland wel dat Nederland zich voorbereidt.
In een worst-case scenario wordt verwacht dat een stijging van 3 meter na 2100 plaatsvindt, terwijl in het meest gunstige scenario deze stijging zelfs in 2300 nog niet wordt bereikt. Het huidige opkomende zeewater zet de beschikbaarheid van zoet water onder druk, waardoor het van essentieel belang is om proactief te handelen. Volgens Minister Mark Harbers van Infrastructuur en Waterstaat is Nederland leidend in het anticiperen op de gevolgen van zeespiegelstijging. Hij benadrukt het belang van voortdurende monitoring en het nemen van maatregelen om het landveilig te houden.
Deltacommissaris Peter Glas legt de focus op de lange termijn, waarbij het Deltaprogramma gericht is op het voorbereiden op en omgaan met klimaatverandering. Hij benadrukt het belang van tijdige implementatie van diverse maatregelen om overstromingen te voorkomen en voldoende zoetwater te waarborgen voor toekomstige generaties. Nederland hanteert verschillende methoden om het stijgende zeewater buiten de deur te houden, waaronder het aanvoeren van zand, versterken van duinen, bouwen van dijken, dammen, stormvloedkeringen en sluizen. Uit de onderzoeken blijkt dat deze aanpak kan worden voortgezet, zij het met aanzienlijke ingrepen in dijkversterkingen.
De ruimtelijke uitdagingen die gepaard gaan met dijkversterkingen maken de taak complex. Verbreding van dijken is noodzakelijk bij verhoging, wat vooral in bebouwde gebieden een uitdaging vormt. Daarom wordt momenteel met waterschappen bekeken welke ruimte gereserveerd moet worden voor toekomstige dijkverbredingen.
Naast fysieke bescherming tegen overstromingen, brengen de onderzoeken aan het licht dat zeespiegelstijging leidt tot meer verzilting van het land. Zout water dringt ons land binnen via grondwater, de Nieuwe Waterweg en zeesluizen zoals bij IJmuiden en de Afsluitdijk. Veranderende neerslagpatronen en langdurige droogte zetten de beschikbaarheid van zoetwater nu al onder druk.
In gebieden nabij de kust, waar veel natuur- en landbouwgebieden zich bevinden, en waar drinkwaterbedrijven en industrie zoet water winnen, wordt gewerkt aan het beschermen van dit zoete water. Maatregelen om de instroming van zout water bij sluizen tegen te gaan en het efficiënter gebruik van zoet water worden onderzocht.
Voor de zeer lange termijn worden ook andere oplossingen overwogen, zoals het afsluiten van riviermondingen en aanpassingen aan de bouwwijze om mee te bewegen met de zeespiegel. Hoewel het momenteel niet noodzakelijk is om deze keuzes te maken, benadrukt men het belang van het onderzoeken van de haalbaarheid, effectiviteit, kosten en het bepalen van het juiste tijdstip voor dergelijke beslissingen.
De nieuwste kennis over zeespiegelstijging wordt geïntegreerd in het Kennisprogramma Zeespiegelstijging, dat tot ten minste 2026 loopt. In de komende jaren wordt onderzocht wat nodig is om de huidige aanpak voort te zetten en hoe de samenleving zich organisatorisch kan aanpassen aan een versnelde zeespiegelstijging.
MINISTER MARK HARBERS: VOORTDURENDE MONITORING EN MAATREGELEN OM HET LAND VEILIG TE HOUDEN ZIJN NOODZAKELIJK ...
HIEROVER NIETS IN DE VERKIEZINGSDEBATTEN GEHOORD MAAR ... NEDERLAND LIGT WEL STEEDS LAGER ONDER DE ZEESPIEGEL ...